2.5 Om te onthouden


·        Warmte is energie uit warmtebronnen.
·        Warmtebronnen zetten chemische energie uit brandstoffen
om in warmte.
·        Elektrische warmtebronnen zetten elektrische energie
om in warmte.
 
·        Voor verbranding is zuurstof nodig.
·        Bij verbranding ontstaan koolstofdioxide en waterdamp.
·        Met veel zuurstof is de vlam blauw.
·        Bij minder zuurstof ontstaat een gele vlam.
Een gele vlam bevat roet.
·        Bij onvoldoende zuurstof ontstaat het giftige koolstofmono-oxide.
 
·        Fossiele brandstoffen raken op.
·        Verbrandingsgassen veroorzaken milieuproblemen
als het broeikaseffect en zure regen.

Nadelen van verbranding kun je beperken door minder energie en schone energie te gebruiken